Bladerend in oude archieven kwam ik een artikel tegen uit het Woerdens Dagblad. Het is een bijdrage van oud-OVS-bestuurslid Hubert Dijns. De man was niet alleen één der oprichters van OVS, maar bijna 100 jaar geleden ook betrokken bij de oprichting van Oudewaters eerste officiële voetbalclub Rohda. Voor details over de oprichting en verdere verhalen over Rohda en andere Oudewaterse clubs uit het begin van de 20e eeuw verwijs ik de lezers dezes naar het recente IJsselbode-artikel van Wout van Kouwen. Het stukje proza uit het Woerdens Dagblad handelt over een bootreis over de Hollandse IJssel met met spelers en supporters van de toenmalige voetbalclub. Onder de reizigers bevonden zich o.a. Hannes Prins, kunstschilder Joop Joosten, meester Willem  de Pijper en de gebroeders Nico en Piet la Lau. Het schip heette de IJsselstroom en lag gemeerd aan het Gasplein. Het Gasplein was begin van de 20e eeuw jarenlang het toneel van vele voetbalwestrijden tussen vriendenclubs. Huub Dijns:

“Jaren geleden heb ik nog een balletje getrapt met de schrijver Herman de Man. Hij kon er niet veel van en is toen maar schrijver geworden. Ik kon niet zo goed schrijven als de Man, maar toch wil ik een poging wagen. Het gaat over de boot de IJsselstroom van Kees Vreeswijk en we moesten op een zondag voetballen in IJsselstein. Of het nu was om de opening van een nieuw terrein of een serie wedstrijden dat weet ik niet meer precies. In ieder geval was het een groot feest. Jong en oud stroomde naar de IJsselstroom. Rohda 1 met Henk Dekker, Huson, Willem de Pijper, Joop Joosten, Piet en Nico la Lau, Pieters, van Liefland, Kiekers en Kiek Boele. Allen vergezeld door honderden supporters. Allemaal in die ene boot. Met als kapitein ome Kees Vreeswijk. En geloof maar dat er voor proviand gezorgd was. Kisten vol sinasappels, chocolade, koek en andere zoetigheid. Bier, limonade en andere hartige dranken. We zaten allemaal op banken. Burgemeester van Doorninck en bestuursleden Prins, Frederikze, de Gooyer en een belangrijk contingent dames. De muziek knetterde langs de IJsselboorden. En de IJsselstroom gleed langs de stormkaai zijn bestemming tegemoet. Overal kwamen de mensen uit hun behuizingen gelopen om de boot met de vrolijke feestgangers voorbij te zien puffen. We voeren langs de steenovens en de steenovensgasten wuifden en riepen om zijn hardst en vanaf de IJsselstroom werden vele sinasappels toegeworpen. ’t Was een goede vaart. Nu en dan verdween er iemand in de kajuit om een oorlam te vatten. Zo vol van feestvreugde kwamen we in IJsselstein aan.

’t Was stralend weer. Veel publiek. En daar zou de wedstrijd beginnen. IJsselstein stond reeds opgesteld en Rohda eveneens. Nico la Lau, slank, tenger en op zijn bovenlip een beginnend snorretje stond krijgshaftig en parmantig op de middenvoorplaats. Ter ere van de wedstrijd zou de kapelaan van de kerk de aftrap doen. Misschien had de kapelaan nog nooit een bal getrapt, misschien was hij een scherpschutter, de scheidsrechter floot en de geestelijke gaf het leer een ijzige punter, die direct en vol in de maag van Nico la Lau kwam. Daar ging onze trotse midvoor; als een pudding zakte hij in elkaar. Daar lag Rohda’s hoop omringd door 21 verschrikt kijkende collega’s en een kapelaan. Groot was de hilariteit en toen Nico even later weer tot het land der levenden was teruggekeerd, voorspelde zijn gezicht niet veel goeds. Hij speelde daarna of zijn leven er vanaf hing en Rohda won. Hoe de IJsselstroom terugkeerde naar Oudewater vertel ik u een volgende keer.”

Vlak voor de veteranenwedstrijd tegen Koudekerk stond uw schrijver heel even met gesloten ogen van het prille voorjaarszonnetje te genieten. Met het gezicht schuin richting IJssel gingen de gedachten naar de eerste officiële voetbalstappen van Rohda. Na het eerste fluitsignaal werd ik abrupt teruggeworpen naar het heden. Koudekerk bezit een uitstekend voetballend team. Op verplaatsing kregen we oorwassing van jewelste: 7-1 verlies. Vandaag was Fred de vervanger van Kwaak en deed dit wederom met verve. De eerste 45 minuten waren overduidelijk voor de Rijndorpbewoners. Dat we slechts met 0-1 gingen rusten was een opsteker. De vervangers Kees, Jeroen, Harry en Roeland zouden de boel na de thee wel even recht gaan trekken was de teneur. Dat viel echter bitter tegen. De Koudekerkers moesten wel wat vaker terug naar eigen helft, maar gaven voor de rest bijna geen krimp. Enkele kleine kansjes waren slechts ons deel en toen wij even gingen geloven in een gelijkspelletje, viel aan de andere zijde de genadeklap: 0-2. Op naar de carnaval dan maar.