OUDEWATER – “Dit zijn wel de momenten waar je naartoe werkt, en waarvan je hoopt dat ze komen.” Voetbalscheidsrechter Ingmar Oostrom uit Oudewater mag komende zondag voor het eerst in zijn loopbaan een wedstrijd in de eredivisie fluiten. Om 14.30 uur geeft hij het beginsignaal voor Fortuna Sittard – Heerenveen. “Ik ben er heel erg blij mee.”

Maandag kreeg Oostrom het nieuws vanuit Zeist te horen. Na meer dan honderd duels in de Eerste divisie mag hij een eredivisieduel fluiten. Eindelijk, want het duurde zo lang, dat je af zou gaan vragen of het er ooit wel van zou komen. “Dat weet je niet en daar heb je niet zoveel invloed op”, zegt Oostrom. “Je wilt gewoon elke wedstrijd goed fluiten en dan hoop je die kans te krijgen.”

UNIO

Ingmar Oostrom begon als kind met voetballen bij UNIO in Oudewater, de club waar ook voormalig FC Utrecht-spits Donny de Groot zijn loopbaan begon. “Ik heb zelf daar gevoetbald en zoals bij elke club hebben ze scheidsrechters nodig. Ik kon als voetballer redelijk mee, maar ik kreeg al snel veel plezier in het fluiten.”

Of er nu in de kantine in Oudewater, waar UNIO inmiddels met OVS is gefuseerd tot FC Oudewater, een portret van Oostrom naast Donny de Groot komt te hangen? “Ik weet het niet, scheidsrechters zijn niet zo snel de held. Volgens mij hangen daar alleen erevoorzitters.”

“In het begin dachten ze dat mijn vader de scheids was”

VADER

Als B-junior stopte Oostrom met voetballen. “Het was niet meer te combineren.” Daarna ging het snel. Twee jaar later floot de pas 17-jarige Oostrom zijn eerste wedstrijden bij de senioren. “In het begin gaven ze mijn vader een hand in de bestuurskamer, omdat ze dachten dat hij de scheids was. Maar hij was mijn chauffeur omdat ik nog geen rijbewijs had.”

“Ik ben redelijk snel richting de Hoofdklasse en de Topklasse gegaan en vandaar het betaalde voetbal.” Zondag debuteert hij dus in de Eredivisie en is het tijd voor een nieuwe droom. “Dromen zijn er altijd, dit was er eerst één van. Nu is het belangrijkste deze wedstrijd goed fluiten en dan zien we wel wat de toekomst brengt.”